“Zie je me wel! Hallo, hier ben ik. Er kan aan m’n buik gekroeld worden. Toe maar!”, dat is Muns ten voeten uit. En vaak zijn het jouw voeten waar hij dan voor ligt. Want o wee als hij een aanval van aanhankelijkheid krijgt. Zodra hij je ziet, rolt ‘ie op z’n rug en moet er aan z’n buik geaaid worden. En dan het liefst een beetje met ‘m heen en weer schuiven over de vloer. “Dweil” wordt hij daarom ook soms genoemd. Of vanwege z’n scheve tandje “Draculaatje” of “Stephen Hawking”. “Stuiterballetje” tekent ‘m ook wel.